Cornelis van der Meulen
Cornelis van der Meulen (15 februari 1900 – 7 juli 1957) wordt op 15 februari 1900 geboren als vijfde kind in het gezin van Jan Hendrikus van der Meulen en Jacoba de Jong. Twaalf jaar eerder kwam zijn oudste zuster Anna ter wereld, op 30 mei 1888. Na haar volgde broer Hendrikus op 1 december 1890, en tweede broer Christiaan Jacob op 15 september 1892. Na hem kwam weer een meisje, Romkje, op 8 mei 1896. Cornelis sloot de rij in februari 1900. Anna, de oudste, trouwde met Romke de Boer. Ze kregen drie kinderen, Pier, Jan en Tjitske. Anna overleed op 30 januari 1964, haar echtgenoot op 13 augustus 1974.Tweede zoon Hendrikus had geen affiniteit met de zilversmederij. Hij studeerde in Wageningen, trouwde met Tetje van der Zijl en samen vertrokken ze per schip naar wat toen nog Nederlandsch Oost-Indië heette, het huidige Indonesië. Ze vestigden zich op Sumatra en brachten er een aanzienlijk deel van hun leven door. Drie zonen werden geboren, Jan, de jong overleden Albert en de tweede Albert. Die had de avontuurlijke aard van vader meegekregen en werd veearts in Canada. Ook de in 1892 geboren Christiaan Jacob -hoewel zijn vernoeming naar de voorvader die de zilversmederij zo aanzienlijk had gemaakt anders doet vermoeden-, ging een andere kant op dan die van het zilver. Hij vertrekt voor een periode naar Amerika, komt terug en trouwt met Dorothea Siersma. Hij wordt boer en zij drijft later een kruidenierswinkel in het tussen Joure en Terherne gelegen Terkaple. Zij kregen twee zonen, Jan en Tjalling. Dus was het Cornelis die door zijn vader bij het familieambacht betrokken werd.